LOWLANDS HOOGTEPUNTEN

De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik bij de eerste edities van Lowlands niet in de polder te vinden was. Ik zag de line ups en was nieuwsgierig, dat zeker. De festivalkoorts had me nog niet echt te pakken.  

Eind jaren negentig stond ik op de camping, drie dagen lang vies en brak. Je moet het meemaken om te weten dat kamperen voor sommige mensen, zoals ik, niet is weggelegd. Het was de editie waar Soulwax diepe indruk maakte met hun gitaarcrossover en multicolor-TL buizen. Een jaar eerder was ik als daggast op het festival en bivakkeerde ik op zondagavond in de Charlie die toen nog op een andere plek op het terrein stond. Op het podium onder meer Nashville Pussy, 7Zuma7 en Masters of Reality. Oorverdovend hard met veel laag in de sound, waarbij Léon Happé en Jan Veltman als FOH je het stof uit de oren bliezen. 

Een paar jaar later werkte ik op het hoofdkantoor van KPN en ’s avonds en in het weekend was ik tourmanager van 16Down. Met hun debuutplaats stond de band gelijk op Lowlands. Het was bloedheet en het geluid haperde soms, maar wat deerde het? Het was een magnifiek gevoel om onderdeel te zijn van dit magische festival. En om backstage de pasta op het bordje van Nelly Furtado te mogen scheppen. Vanaf die editie heb ik niets meer gemist, al heb ik wel eens een dag overgeslagen of was ik soms in Hasselt op Pukkelpop. Ook daar word je in de entourage van je artiesten in de watten gelegd en bijzonder gastvrij ontvangen. Met sommige artiesten, managers, productiemanagers of buschauffeurs is het gezellig bomen opzetten, en van tijd tot tijd voldoende hydrateren. Bij uitzondering wil het wel eens ouderwets gezellig worden.

Als begeleider van artiesten heb ik mooie herinneringen aan magische shows op Lowlands. Blaudzun in de Alpha, John Coffey in de X-ray. Maar ze hebben ook in de Grolsch, Heineken, India of Bravo gestaan. Ik herinner me ook nog het Dommelsch podium, dat open air was. Buckcherry, Dimmu Borgir, Biohazard, Dropkick Murphys, gas erop. Om even bij te komen lag je in het gras te kijken naar mensen die penalties gingen nemen tegen Jean-Marie Pfaff. Voor dat soort vertier had je geen tijd als je aan het werk was. Dat was bijvoorbeeld het geval in 2009, toen ik met het razend populaire Destine op Lowlands verscheen. Het team van Sony Music had een schema in elkaar gedraaid waar we om 10 uur ’s ochtends begonnen met het eerste interview en om middernacht klaar waren met het signeren bij Concerto. En toen stond er nog een rij van hier tot ginder. Mooie dag. Voor de gelegenheid was Rogier van der Zouwen mee als extra tourmanager. Amper op het terrein werd hij al slachtoffer van de vele wespen en moest met spoed naar de EHBO. Tijdens de show van Destine op het Charlie-podium moest ik met spoed ergens anders heen. Met grote passen naar de Grolsch, waar de verrassingsact zou optreden. Dat was Them Crooked Vultures en dat wilde ik uiteraard niet missen. Na twintig minuten kwam ik met een rood hoofd weer terug bij de show van Destine, waar de band net aan het laatste nummer was begonnen. About timing…

Soms kan ik het nuttige en aangename combineren. In 2005 ging ik met Rafael Mesa Menor naar Lowlands. Rafael was de main man voor het merkenportfolio van Bacardi-Martini in Nederland.  Ik adviseerde op gebied van events en programmering en we hebben in de loop der jaren geweldige avonden beleefd met Bacardi Bat Beats, B-Life en diverse concepten voor Jack Daniel’s. In 2005 wilde ik graag Editors aan hem laten zien. Deze Engelsen vlamden overtuigend, op geleende backline van Voicst en Millionaire. Een deel van hun eigen spullen was niet aangekomen met het vliegtuig, dus ter plaatse boden andere bands hulp aan. Heel vriendelijk.
Via vrienden uit London was ik getipt over Editors, en ook over Arctic Monkeys. Rafael was enthousiast over mijn ontdekkingen. Helaas bleek al snel dat deze nieuwe generatie bands een eigen plan had, waar conceptuele merkenpartnering geen onderdeel van uitmaakte. Daar kunnen we nu hartelijk om lachen, en anders verdrinken we de herinnering met een ‘perfect serve’. Want laten we wel zijn: de Groove Tube of Hacienda is een fantastische plek om even te chillen met een Mojito of een Bacardi-cola. Jameszoo achter de knoppen; succes verzekerd.

In de eerste jaren had ik vooral oog voor het dagprogramma en waren Magneetbar en 24-uurstent niet aan mij besteed. Later groeide de interesse voor electronische muziek, al betreft het vaak artiesten die nog in het avondprogramma staan gepositioneerd. London Grammar heb ik integraal bekeken en daarna ook nog wel eens online terug gekeken. Met regelmaat ben ik op sleeptouw genomen door Paul van ’t Veer, die me onder meer Caribou en Daniel Avery voorschotelde.  Paul is het muziekgeweten van Zwolle, te bevragen bij Plato en Hedon. En te beluisteren in de recente episode van St. Paul’s Boutique.

Op meerdere edities was ik onder de indruk van de hitte. Potdomme, wat was het warm. Zoals in 2012. Vanuit Zwaardvis Music verzorgden we de boekingen van Fresku, die net zijn meesterplaat Maskerade had afgeleverd. Bij het betreden van de tent sloeg de warme deken al om je heen, maar ja, ‘Lintworm’ moest natuurlijk wel gespeeld worden. En ja, dan moest er ook iemand in het pak van de denkbeeldige lintworm. Dat pak was een soort dikmaakpak, alsof iemand in dekens gewikkeld was. Respect voor de persoon die deze ondankbare taak op zich heeft genomen.
Maar ja, als het niet warm was, regende het te veel. Het is nooit goed en wat klagen we graag. Hopelijk is dat na twee jaren van mentale festivaldroogte in 2022 definitief voorbij en komen we terug bij de kern. Dat alles niet vanzelfsprekend en onbeperkt is, dat we elkaar nodig hebben om te vieren en genieten, maar solidariteit ook gewenst is in minder goede tijden.
Gelukkig is voor het festivalvirus geen vaccin nodig.

Auteur:
Wilfried Damman

Biografie:
Wilfried Damman is muziekondernemer, schrijver en sportliefhebber

foto auteur